Wintervoedselakkers en niet-ondergewerkte (vang)gewassen vormen een rijke voedselbron en bieden dekking aan de akkervogels. In de winter dienen niet-geoogste zaden als voedsel voor de overwinterende akkervogels, zoals graspiepers, ringmussen en geelgorzen.
Daarnaast komen in de zomer op de wintervoedselakkers veel insecten voor die ook als voedsel voor de akkervogels dienen.